Elektriciteitsinjectietarieven, oftewel de prijzen die een energieproducent ontvangt voor het terugleveren van elektriciteit aan het net, zijn al een tijdje aan het dalen. De verwachting is dat deze trend zal aanhouden, wat op zijn beurt de waarde en aantrekkelijkheid van batterijtechnologie verhoogt. Maar wat betekent dit precies en hoe komt het? Dit artikel gaat in op de redenen voor de dalende injectietarieven en waarom dit ervoor zorgt dat batterijen steeds interessanter worden.
De oorzaken
Een van de belangrijkste oorzaken van dalende injectietarieven is de toegenomen productie van hernieuwbare energie. Als de zon schijnt en de wind waait, produceren zonnepanelen en windturbines veel elektriciteit. Deze piekproductie kan het elektriciteitsnet overbelasten, wat leidt tot lagere prijzen of zelfs negatieve tarieven. Met andere woorden, er zijn momenten waarop er meer elektriciteit wordt geproduceerd dan er verbruikt kan worden.
Een tweede oorzaak is het gebrek aan vraagflexibiliteit. De vraag naar elektriciteit is niet altijd in lijn met het aanbod, wat leidt tot onbalansen. Zonder effectieve manieren om deze onbalans aan te pakken, worden de injectietarieven gedrukt.
Waarom batterijen aantrekkelijker worden
Deze ontwikkelingen maken opslag van energie, zoals batterijtechnologie, steeds interessanter. Batterijen kunnen overtollige elektriciteit opslaan tijdens piekproductie en deze later teruggeven aan het net wanneer de vraag hoog is. Dit maakt het mogelijk om het elektriciteitsnet stabieler en efficiënter te beheren.
Daarnaast kunnen batterijen het voor huiseigenaren en bedrijven mogelijk maken om meer van hun zelf geproduceerde elektriciteit te verbruiken. In plaats van overtollige elektriciteit terug te leveren aan het net tegen lage prijzen, kan deze energie worden opgeslagen en later worden gebruikt.
Conclusie
Het lijkt erop dat de dalende injectietarieven een blijvende trend zullen zijn door de toename van hernieuwbare energieproductie en het gebrek aan vraagflexibiliteit. Hoewel dit een uitdaging vormt voor energieproducenten, opent het tegelijkertijd deuren voor nieuwe technologieën, zoals batterijopslag. Het is duidelijk dat de toekomst van energie niet alleen ligt in het produceren van meer elektriciteit, maar ook in het slim beheren en opslaan van deze energie. Batterijtechnologie speelt hierin een cruciale rol en zal in de toekomst zeker nog belangrijker worden.
Energieleveranciers betalen aanzienlijk minder voor de overtollige stroom van jouw zonnepanelen dan ze je aanrekenen voor de stroom die ze zelf produceren. Is dit prijsverschil verdedigbaar?
Injectievergoeding tot 75% lager dan verbruikstarief: waarom is de stroom die je zelf opwekt pak goedkoper dan die van het net?
Als eigenaar van zonnepanelen en een digitale meter betaal je jouw energieleverancier voor de stroom die je van het net afneemt en ontvang je een vergoeding voor de stroom die je op het net plaatst. Helaas liggen de verbruikskosten een pak hoger dan het injectietarief. Energieleveranciers wijzen als oorzaak al snel naar de netkosten en belastingen aan verbruikszijde. Maar in realiteit verklaart dat maar gedeeltelijk de prijskloof.
Wie bij marktleider Engie de contractformule Direct Indexed afsluit, betaalt bij eenzelfde jaarverbruik en injectie (2.284 kWh) een geschatte verbruiksfactuur van 853,18 euro per jaar. Voor de opgewekte stroom ontvang je een vergoeding van 197,57 euro. Dat grote verschil schrijft Engie toe aan de netkosten en belastingen. “Die componenten maken geen deel uit van het injectietarief. Dat is een van de voornaamste reden waarom het injectietarief lager is dan de afnameprijs”, valt te lezen.
Meer dan netkosten alleen
De nettarieven en heffingen blijken in realiteit slechts gedeeltelijk het prijsverschil te bepalen. Wanneer we die kosten negeren, dan betaal je aan jouw energieleverancier 19,15 eurocent voor elk kilowattuur dat je verbruikt. Voor de stroom die je op het net plaatst, ontvang je een injectievergoeding van 8,65 eurocent per kilowattuur. Het verschil bedraagt dus bijna 55 procent. Een analyse bij de vier energieleveranciers die de top vijf qua marktaandeel vervolledigen, leert ons dat het verschil zelfs oploopt tot meer dan 75 procent. Voor de volledigheid geven we wel nog mee dat in het verbruikstarief ook 6 procent btw vervat zit en dat de analyse kilowattuurkortingen verrekent, maar geen extra kortingen incalculeert.
Luminus biedt op zijn website een meer uitgebreide toelichting. Het wijt de prijskloof ook aan een verschil tussen vraag en aanbod. “Doordat zowel bedrijven als gezinnen energie verbruiken, is de vraag naar energie doorheen de dag relatief stabiel. Wanneer energieleveranciers overdag de overtollige energie van zonnepanelen opkopen, blijft de energievraag ongewijzigd terwijl het aanbod fel toeneemt. Dat zorgt er dus mee voor dat de waarde - en dus de prijs - van die geïnjecteerde energie lager is dan die van energie die je afneemt van het net.” Gezien de grote verschillen concludeerde De Tijd eerder al dat de prijszetting ook afhangt van de commerciële politiek van de energieleveranciers.
Resulteert het laagste prijsverschil in het beste tarief?
Niet noodzakelijk. Veel hangt af van je verbruiksprofiel. Bij wie veel produceert en weinig verbruikt, weegt het injectietarief zwaarder door dan in de omgekeerde situatie. De factor zelfverbruik speelt eveneens een belangrijke rol. In de winter ligt het aandeel van het injectietarief bovendien een pak lager. Daarnaast beïnvloeden de aanwezigheid van een elektrische auto, thuisbatterij of warmtepomp eveneens het totaalplaatje. Om de goedkoopste totaalfactuur te bekomen, voer je best jouw concrete verbruiks- en injectiegegevens in via een energievergelijker. Zo’n website berekent dan automatisch de meest aangewezen oplossing.
Bron: Mijn Energie 230608